Franka van der Linden

Franka van der Linden (1971) woont in stadsdeel Stratum en is eigenaar van kledingwinkel Frankie’s Favorites. Hier verkoopt ze tweedehands merkkleding, gemaakt van veelal duurzame materialen. De keuze om enkel gebruikte kleding te verkopen, heeft Franka heel bewust gemaakt. ‘Er is in onze maatschappij een overvloed aan bestaande kleding, die er in veel gevallen ook nog eens geweldig uitziet. Laten we dus vooral eerst opmaken wat er al is.’

Wegwerpcultuur

Na jarenlang gewoond en gewerkt te hebben in Lissabon, kwam Franka in 2001 terug naar Nederland. ‘Ik had een geweldige tijd gehad in Portugal’, vertelt Franka, ‘maar ik wilde graag weer een bestaan opbouwen in Nederland. Ik had op dat moment weinig geld en ging daarom op zoek naar een manier waarop ik mijn idealen kon verbinden met geld verdienen. Ik heb het altijd belangrijk gevonden om zo duurzaam mogelijk te leven. Daar hoort voor mij ook werk bij dat bij deze levensfilosofie past. Al snel kwam ik uit bij de verkoop van tweedehands kleding.’ Franka betrok een oude boerderij op de Limburglaan in Eindhoven en startte daar SOUL2SOUL een winkel waar ze enkel tweedehands kinderkleding verkocht. Franka vertelt dat ze altijd al interesse in mode heeft gehad, maar dat ze zich ook kon storen aan de wegwerpcultuur in deze branche. ‘Daar wilde ik niet aan meedoen’, vertelt Franka. ‘Ook omdat ik geloof dat het anders kan. Als mensen van de tien keer shoppen vier keer tweedehands kleding zouden kopen, zou de wereld er al heel anders uitzien.’

Eigen beslissingen

Er bleek in Eindhoven markt te zijn voor de verkoop van tweedehands kinderkleding. Zo bouwde Franka SOUL2SOUL uit tot een waar succes. ‘Op het moment dat ik met mijn onderneming geld begon te verdienen, besloot ik mijn eigen kledinglijn op te zetten. Ik ontwierp kinderkleding met daarop een afbeelding van legendarische helden. Omdat ik wist hoe vervuilend het maken van kleding kan zijn, zocht ik naar manieren om het klimaat zo min mogelijk te belasten. Zo gebruikte ik alleen verf op waterbasis en liet ik de kleding maken in Europa. Daarnaast doneerde ik 10% van de opbrengst aan Warchild.’

Franka lacht. ‘Ik doe het echt niet beter dan veel anderen. Maar voor mij is het wel belangrijk dat ik een positieve bijdrage lever aan het grote geheel. Daar hoort een duurzame manier van leven én werken voor mij ook bij.’ Toen Franka ruim vijftien jaar met haar winkel in de oude boerderij zat, kreeg ze te horen dat het pand gesloopt ging worden. Noodgedwongen ging ze op zoek naar een nieuw winkelpand. ‘Ik verhuisde naar de Edisonstraat, maar kon daar moeilijk wennen. In mijn oude winkel nam ik altijd mijn eigen beslissingen. Nu kwam ik terecht in een winkelierscollectief, dat regelmatig met elkaar overlegde. Die omschakeling was te groot voor mij.’

Franka besloot haar winkel te verkopen en zichzelf te bezinnen op iets anders. ‘Ik merkte ook dat ik de verkoop van kinderkleding langzaam ontgroeid was. Het was tijd voor een nieuwe koers.’ Zo startte Franka in 2019 op Strijp-S Frankie’s Favorites, een winkel in tweedehands merkkleding voor dames.

Walgelijk

Vanaf haar 18e heeft Franka al ervaring in de kledingbranche. ‘Wanneer je verder wilt kijken dan je neus lang is, kom je in deze branche echt wel dingen tegen die niet deugen’, vertelt Franka. Zo moest ze voor haar toenmalige werkgever, regelmatig afreizen naar Azië om daar de plaatselijke naaiateliers te bezoeken.

‘Vreselijk’, verzucht Franka. ‘Mensen werken daar onder de meest slechte omstandigheden. Het naaiatelier is donker, vochtig en overvol. En er worden extreem lange werkdagen gedraaid. En dan moet je weten dat een deel van de mensen ook nog verstopt werd, wanneer ik langskwam. Ik mocht natuurlijk niet zien dat daar ook kinderen en oude mensen werkten. Echt walgelijk.’

Franka heeft dit werk niet lang gedaan. ‘Ik wilde hier niet meer aan meewerken’, vertelt ze. ‘Toch heeft het me veel geleerd. Mensen moeten begrijpen dat je niet voor vijf euro een T-shirt kunt kopen. Denk maar eens na. Je hebt grond nodig, daar moet katoen op groeien. Katoen moet geplukt worden en daar wordt weer textiel van gemaakt. Dat stuk textiel heeft dan een verfbad nodig. Er moet een ontwerp gemaakt worden, dat vervolgens op het textiel gedrukt wordt. Daarna moet er van het textiel een T-shirt worden gemaakt. Dit krijgt weer een eigen label en wordt dan ingepakt. Vervolgens moet het getransporteerd worden naar ons land en uiteindelijk verkocht worden in onze winkels. Dat kan toch niet allemaal voor vijf euro. Dat bestaat gewoon niet. Een T-shirt van vijf euro stinkt.’

Wat kun je zelf doen?

Benieuwd wat je zelf kan doen? Bekijk de tips om zelf aan de slag te gaan met verduurzamen.

Klimaatheld Franka
Off